Uit onderzoek van de Schothorst blijkt dat kuilen met 30 à 35 procent droge stof zeker zo goed melken als droge kuilen. Veevoedingsinstituut Schothorst Feed Research vergeleek in een voederproef kuilgras met minder dan 35 procent met een droge kuil van meer dan 50 procent.
Het resultaat is opmerkelijk volgens Schothorst, omdat droger kuilgras een hoger aandeel bestendig eiwit bevat (werkelijk darmverteerbaar eiwit, WDVE). De vochtigere kuilen hebben echter meer onbestendig eiwit (Fermenteerbaar eiwit balans, FEB).
Het onderzoek toont dus aan dat koeien ook het onbestendig eiwit prima kunnen benutten. De koeien verliezen met de frisse kuil weliswaar meer eiwit in de pens (melkureum, uitscheiding met urine), maar met de droge kuil verliezen de koeien meer eiwit in de darmen (uitscheiding met mest). “Per saldo was de stikstofefficiëntie gelijk. De natte kuilen en de droge kuil zetten dezelfde hoeveelheid opgenomen voereiwit om in melkeiwit,” aldus de Schothorst.
VisscherHolland: inkuilen op 30 – 35% droge stof
“Wij adviseren al jaren gras in te kuilen bij een drogestofgehalte van 30 tot 35 procent” zegt productmanager Harrald Helmers van VisscherHolland. “We zien in de praktijk dat je met maximaal 35 procent droge stof en een goede conservering een frisse kuil krijgt die het beste melkt. Het onderzoek van de Schothorst levert het wetenschappelijke bewijs.”
“Voor een ideale kuil wordt het gras binnen 36 uur na het maaien ingekuild”, stelt Helmers. Schudden is vaak nauwelijks of helemaal niet nodig. Wel toegevoegde waarde heeft een inkuilmiddel. Volgens onderzoek van de Schothorst levert inkuilmiddel ADVANCE® van VisscherHolland zelfs onder ideale omstandigheden meerwaarde op door het beperken van conserveringsverliezen.